De hypofyse maakt bij mannen en vrouwen hormonen voor de geslachtsorganen. De hypofysehormonen zijn LH en FSH en worden ook wel gonadotrofinen genoemd. 

Onder invloed van deze hormonen worden processen in het lichaam geregeld die met seksualiteit en voortplanting te maken hebben. 

Bij mannen

Het belangrijkste hormoon dat onder invloed van de gonadotrofinen LH en FSH bij mannen wordt geproduceerd, is testosteron. Dit hormoon wordt geproduceerd in de testes. Onder invloed van testosteron worden spermacellen geproduceerd, worden spieren opgebouwd en ontwikkelen de secundaire geslachtskenmerken. Ook het libido (zin in seks) en het krijgen van erecties wordt beïnvloed door testosteron. 

De test wordt gebruikt voor onderzoek bij vruchtbaarheidsproblemen, ter controle bij bodybuilders, bij te vroege of te late ontwikkeling van de puberteit, als hulp bij het vaststellen van de menopauze en bij het vaststellen van bepaalde tumoren.

Bij de man is FSH nodig voor een goede zaadceluitrijping.

Bij vrouwen

FSH (Follikel Stimulerend Hormoon) wordt gemaakt in de hypofyse (in de hersenen) en zorgt bij vrouwen voor de uitrijping van eicellen door de productie van oestradiol te stimuleren. Zodra er voldoende estradiol wordt geproduceerd ziet de hypofyse dat en daalt de FSH productie weer. Een hoog FSH duidt op een lage estradiol productie omdat er geen eicellen (meer) uitrijpen.

Afhankelijk van in welke fase u zit, dient de uitslag geïnterpreteerd te worden. Als de uitslag tussen de waarden zoals aangegeven in de fase waarin het bloed geprikt is zit, is de uitslag goed.
vrouwen krijgen dus een uitslag die gerelateerd moet worden aan de cyclus. Mannen krijgen maar een referentiewaarde gerapporteerd.

• folliculair 3.0 - 8.1 IU/L (folliculaire fase, voor de eisprong)
• midcyclisch 2.5 - 16.7 IU/L (ovulatie fase)
• luteaal 1.4 - 5.5 IU/L (luteale fase, na de eisprong)
• post-menopausaal 26.7 - 133.4 IU/L (na de menopauze)